Met meerlingen wordt bedoeld tweelingen, drielingen, vierlingen (zelden) en vijflingen (heel zeldzaam). Tweelingen komen natuurlijk het meeste voor, ongeveer 1 op 80 bevallingen, drielingen ongeveer 1 op 6400 bevallingen, vier- en vijflingen zeer weinig, reden om alleen twee- en drielingen te bespreken.
Overigens zijn de laatste twintig jaar veel meer meerlingen geboren dan in een natuurlijke situatie gewoon is. Dat komt doordat de gemiddelde leeftijd waarop vrouwen kinderen krijgen in Nederland ouder zijn dan vroeger èn omdat er veel vrouwen een vruchtbaarbaarheidsbehandeling o.a. reageerbuis baby, krijgen.
Tweelingen kunnen ééneiig of tweeeiig zijn., dus afkomstig van één eitje dat zich na de bevruchting splitst in twee gelijke delen of afkomstig van twee eitjes die elk bevrucht worden. In het eerste geval zijn de kinderen van gelijk geslacht en lijken ze sprekend op elkaar, in het tweede geval kunnen ze van gelijk geslacht maar ook van verschillend geslacht zijn en lijken ze evenveel op elkaar als broers en zussen op elkaar lijken. Bij een twee-eiige tweeling zitten er als het ware twee zwangerschappen in dezelfde baarmoeder, met twee placenta’s. Bij een een-eiige tweeling is er sprake van een splitsing van één klompje cellen in twee klompjes cellen. Het moment van splitsing is verschillend. Is deze zeer vroeg dan is er een situatie als bij een twee-eiige tweeling, is de splitsing heel laat dan kan deze wel eens niet totaal zijn en zitten de vruchten nog aan elkaar vast, waarna er sprake is van een siamese tweeling. Splitsing tussen die twee momenten kan betekenen dat twee kinderen in dezelfde vruchtzak zitten of dat er tussen hen slechts een dun vlies zit. Er is meestal maar één placenta met twee helften, één helft voor het ene kind en één voor het andere. Als er bloedvaten doorlopen van het ene naar het andere kind kan dat problemen veroorzaken.
De kans op problemen/complicaties tijdens de zwangerschap zijn bij een een-eiige groter dan bij een twee-eiige tweeling. Het is daarom belangrijk standaard een vroeg-echoscopisch onderzoek te doen om in geval van een tweeling de een- of twee-eiigheid vast te stellen.
Complicaties tijdens de zwangerschap kunnen zijn:
- abnormaal braken (hyperemesis gravidarum)
- meer fysieke beperkingen moeder
- achterblijvende groei van de kinderen
- verhoogde kans op een te hoge bloeddruk
- verhoogde kans op te vroeg breken van de vliezen
- te vroeg op gang komen van de bevalling en door de onrijpheid problemen bij het kind
- bevallingsproblemen waardoor grotere kans op een keizersnede
- overlijden van één van de twee in de baarmoeder (intra-uteriene vruchtdood), vooral bij één-eiigheid
- door abnormaal verloop van placenta bloedvaten, alleen mogelijk bij één-eiigheid, van het ene naar het andere kind, kan het ene kind al het bloed ontvangen en erg groot zijn terwijl het andere kind juist heel mager is. Voor beide kinderen is dit levensbedreigend.
Drielingen kunnen ontstaan uit drie aparte eicellen dus drie eenlingen, maar ook kunnen er twee eicellen zijn waarvan één zich splitst en er aldus drie vruchten zijn, één een-eiige tweeling en een eenling. De situatie voor de vrouw is belastender en de kans op complicaties is wat groter dan bij een tweeling. De complicaties zijn dezelfde als bij een tweeling.
Bij bijna alle drieling zwangerschappen worden de kinderen middels een keizersnede geboren.