Bij de vlokkentest neemt de gynaecoloog enkele stukjes weefsel weg uit de placenta (= moederkoek) die Chorionvlokken worden genoemd. De placenta bestaat uit Chorionweefsel en ziet er vlokkerig uit, vandaar de naam vlokkentest. Meestal wordt er tussen de 20 en 50 milligram chorionweefsel weggenomen wat ongeveer een duizendste is van de totale hoeveelheid weefsel waaruit de placenta is opgebouwd. De vruchtzak met daarin de foetus (de vrucht) wordt daarbij niet beschadigd.
De vlokkentest vindt vrijwel altijd plaats via de buikwand (abdominaal). Via de buikwand wordt met behulp van echo bepaald waar de placenta precies ligt. Heel soms wordt de vlokkentest gedaan via de schede (vaginaal). In dat laatste geval van een vlokkentest via de schede is het vrijwel altijd nodig om een volle blaas te hebben. Bij de vlokkentest via de buikwand is dit niet noodzakelijk.
Vlokkentest via de buikwand
De vlokkentest via de buikwand gebeurt meestal bij een zwangerschapsduur van ongeveer 12 weken. De buikhuid wordt ontsmet met jodium (of een ander middel als u overgevoelig bent voor jodium). Echoscopisch wordt de juiste plaats bepaald voor het inbrengen van de naald via de onderbuik. Soms wordt de huid plaatselijk verdoofd. De punt van de naald komt in de placenta te liggen en er wordt wat placentaweefsel opgezogen. Het is noodzakelijk dat de naald hierbij wat beweegt.
Het prikken en opzuigen duurt meestal niet langer dan één minuut. Het weggenomen weefsel wordt direct onder de microscoop onderzocht om te zien of de hoeveelheid voldoende is voor chromosoomonderzoek. Als er te weinig vlokken zijn volgt een tweede en zo nodig een derde prik. Het bewegen van de naald bij het opzuigen van het placentaweefsel kan een wee en soms pijnlijk gevoel geven.
Na de ingreep kunt u het ziekenhuis weer snel verlaten. Bloedverlies hoort na deze vlokkentest niet op te treden. Een paar dagen wat last van buikpijn is niet ongewoon.
Vlokkentest via de vagina
De vlokkentest via de vagina wordt na de tiende zwangerschapsweek uitgevoerd, doorgaans bij een zwangerschapsduur van ongeveer 11 weken. In sommige ziekenhuizen wordt het advies gegeven enkele dagen voor de vaginale vlokkentest geen geslachtsgemeenschap te hebben. U krijgt hier informatie over als u de afspraak voor de test maakt.
Tijdens de ingreep ligt de vrouw op een gynaecologische onderzoekstoel met haar benen in steunen. Nadat een speculum (eendenbek) in de schede is gebracht wordt de schede ontsmet met jodium (of een ander middel in geval van bij overgevoeligheid voor jodium). Soms wordt de baarmoedermond met een tangetje vastgepakt. Dit kan wat pijnlijk zijn.
De arts brengt via de baarmoedermond langs de binnenwand van de baarmoeder een dun tangetje of buisje in tot in de placenta. Tegelijkertijd wordt met de echo gekeken. Het kost vaak wat tijd voordat de placenta wordt bereikt. Onderzoek van het weggenomen weefsel onder de microscoop vindt direct plaats om te zien of de hoeveelheid voldoende is voor chromosoomonderzoek.
Als er te weinig vlokken zijn, wordt een tweede en zo nodig een derde weefselstukje weggenomen. Soms is er dan nog steeds onvoldoende weefsel. De ingreep wordt dan gestopt en er wordt een abdominale vlokkentest of een vruchtwaterpunctie op een later tijdstip voorgesteld. De ingreep duurt gemiddeld tien tot vijftien minuten.
De meeste vrouwen hebben tijdens de ingreep een menstruatie-achtig of onaangenaam wee gevoel. Dit gaat snel weer over. Na de ingreep hebben vrijwel alle vrouwen bloedverlies. Een enkele maal wordt kort na de ingreep een bloedstolsel verloren. Het bloedverlies komt bijna altijd van de baarmoedermond, die gemakkelijk bloedt bij aanraken tijdens de zwangerschap. Bloedverlies is dan ook geen reden tot bezorgdheid. Meestal gaat het binnen 12-24 uur over in roze of bruinige afscheiding. Vaak blijft deze afscheiding enkele dagen bestaan, soms drie tot vier weken. Dit kan geen kwaad.
Bijna elke zwangere vrouw gaat direct na de ingreep weer naar huis. Het is verstandig geen geslachtsgemeenschap te hebben zolang er bloedverlies is. Verdere voorzorgen zijn niet nodig. Het is verstandig contact op te nemen met de verloskundige, de arts of het ziekenhuis als het bloedverlies toeneemt, vooral als dit in combinatie met buikkrampen optreedt. Ook bij ziekte of koorts de eerste dagen na de ingreep is het verstandig u te laten onderzoeken om een infectie uit te sluiten.
Na de test
De uitslag van een vaginale of een abdominale (via de buikwand) vlokkentest is meestal binnen twee weken bekend. Een enkele keer kan geen uitslag van een vlokkentest worden gegeven, omdat er toch te weinig weefsel is afgenomen. Dan wordt alsnog een vruchtwaterpunctie voorgesteld.
De betrouwbaarheid van het chromosoomonderzoek bij de vlokkentest is iets minder groot dan die bij de vruchtwaterpunctie. Dat komt doordat in 1-2% van de zwangerschappen een chromosoomafwijking wordt ontdekt die mogelijk alleen in de placenta aanwezig is. Dan wordt alsnog een vruchtwaterpunctie besproken.
Risico’s van de vlokkentest
Het risico van een miskraam als gevolg van een vlokkentest is 0,5%. Daarnaast heeft elke vrouw die 11 weken zwanger is, ongeveer 2% kans op een miskraam voor de 16e zwangerschapsweek. Deze kans is er ook als er geen vlokkentest wordt verricht.
In het verleden zijn aangeboren afwijkingen van de ledematen en het gelaat beschreven na vlokkentesten die voor de tiende zwangerschapsweek werden uitgevoerd. Daarom wordt de vlokkentest tegenwoordig pas na de tiende week gedaan. Aangetoond is dat er dan geen verhoogde kans op deze aangeboren afwijkingen bestaat.
Bij bloedverlies in de zwangerschap wordt een vlokkentest meestal afgeraden. De kans op een miskraam als gevolg van de ingreep kan dan wat groter zijn.
Voor- en nadelen van de vlokkentest
Een voordeel van de vlokkentest is dat de ingreep vroeg in de zwangerschap plaatsvindt en dat de uitslag relatief snel bekend is: meestal binnen twee weken. Als u besluit de zwangerschap af te breken, is deze voor de omgeving meestal nog niet zichtbaar. Vragen en opmerkingen kunnen u bespaard blijven. De keerzijde is dat het moeilijk kan zijn om ondersteuning te krijgen of emoties te delen met anderen buiten de relatie: niemand weet hoe u zich voelt.
Een nadeel van de vlokkentest is dat soms chromosoomafwijkingen worden gevonden in een zwangerschap die enkele weken later toch in een spontane miskraam zou zijn geëindigd, vóór het tijdstip van een eventuele vruchtwaterpunctie. De miskraam bespaart ouders in dat geval de moeilijke keuze over het al of niet afbreken van de zwangerschap.
Daar staat tegenover dat de oorzaak van de miskraam soms onduidelijk blijft als geen vlokkentest is gedaan. Ook weet u bij een miskraam niet of er een chromosoomafwijking aanwezig was met een kans op herhaling in een volgende zwangerschap.